Een portret van de Sint-Paulusabdij van Oosterhout, verschenen een jaar vóór de overdracht van deze benedictijnse pleisterplaats aan de communiteit van Chemin Neuf. Het boek volgt twaalf monniken op de voet in hun persoonlijke ervaringen van het kloosterleven, in eerlijke en gepassioneerde gesprekken, levendig en met een gezonde dosis humor.

springlevende gemeenschap

‘Het was niet mijn bedoeling om een geschiedenis van de beroemde abdij te schrijven, wel om het verhaal te vertellen van een groep bijzondere mensen. Niet om een monumentaal gedenkboek te maken voor de bijna honderdjarige abdij, wel om een indrukwekkende monastieke traditie te eren. Het is een intiem bundeltje met twaalf persoonlijke portretten geworden. Het laat zien wat de monniken heeft bewogen en nóg beweegt – en daarbij wat mij zelf beweegt om hun nabijheid op te zoeken. Het boekje is niet alleen het verhaal van die twaalf monniken, hun geschiedenis staat model voor die van veel monniken in de vorige eeuw.

Het is bekend dat de Sint Paulusabdij binnenkort zijn deuren sluit. Er is geen jonge generatie en het wordt steeds moeilijker om met het clubje monniken dat er nog is, het grote huis te onderhouden en het intense monastieke dagprogramma af te werken. Op het moment dat dit boekje in druk gaat, februari 2005, is nog niet bekend wat er met het huis gaat gebeuren en wanneer de monniken precies gaan verhuizen. Waarschijnlijk zal een en ander zijn beslag krijgen in 2006, als de abdij zijn honderdste jaar ingaat. In de verhalen die volgen, is die aanstaande sluiting van het klooster een thema dat op de achtergrond meespeelt. Maar het betekent niet, dat de gesprekken de sfeer van een sterfhuis ademen. Tijdens het schrijven van dit boekje heb ik dikwijls het gevoel gehad, in een springlevende gemeenschap terecht te zijn gekomen.

de bronnen en actualiteit van religieus leven

Het oude bijbelse en ook benedictijnse motto, Dieu aime celui qui donne avec joie, God bemint wie met een blijmoedig hart geeft, onthult een prachtige waarheid. Door elkaar iets te geven, maken mensen Gods liefde zichtbaar. Ik wil met dit boekje graag iets teruggeven van het vele dat ik in de monastieke wereld heb ontvangen – eerst als gast en later als oblaat, iemand die zich als leek met de benedictijnse orde heeft verbonden. Het boekje blikt niet alleen terug op een eeuw benedictijns leven in Nederland, maar biedt ook een plaatsbepaling voor vandaag de dag. Het stelt een aantal vragen. Wat is het resultaat van een eeuw monastiek leven? Hoe komt het dat kloosters geen jongeren meer trekken? Hoe moet het nu verder met het spirituele erfgoed? Zijn er misschien nieuwe vormen van monastiek leven denkbaar? Kunnen de benedictijnse idealen ook op een andere manier worden vormgegeven? Wat kan mijn eigen aandeel daarin zijn? Vuur dat blijft branden is het verslag van een zoektocht naar de bronnen en de actualiteit van religieus leven.