Wat zou je moeten lezen als je je gewoon eens wilt verdiepen in het thema van de barmhartigheid? Als je het thema wilt verkennen wanneer compassie op je weg komt via de media, je werk, familie of vrienden? Of als je gewoon nieuwsgierig bent?

Een mooie Nederlandse ‘klassieker’ is in dat geval Mededogen als menselijke bestemming, een boek dat vijfentwintig jaar geleden voor het eerst verscheen en verschillende herdrukken beleefde (eerste druk 1997, in 2009 nog een geheel herziene en uitgebreide uitgave). De auteur, de bekende schrijver en spirituele leraar Hein Stufkens, was in de beginjaren van de Beweging van Barmhartigheid nauw betrokken bij de activiteiten van dit nieuwe compassie-netwerk. Hij begeleidde zelf ook een dag in de Leerroute Barmhartigheid (die trouwens vanaf het najaar van 2022 opnieuw wordt georganiseerd). Stufkens was een van de eersten in Nederland die het thema van de compassie agendeerde – en vanuit zijn professionele en spirituele ervaring in een mooi, leesbaar en toegankelijk boek belichtte.

Mededogen, compassie, barmhartigheid… voor welk woord kies je?

Zelf hanteert Hein Stufkens het liefst de term mededogen. Allereerst om uit te drukken hoe belangrijk inlevingsvermogen is voor compassie. Want het begint met inleven en mede-voelen, wat trouwens niet hetzelfde is als mede-lijden. Dat laatste drukt vaak een oordeel uit of komt voort uit een vermeende morele superioriteit. Een dergelijke bijklank zit er niet in het oud-Nederlandse woord mededogen. “Mededogen is een in eerste instantie innerlijk ervaren solidariteit met allen die lijden en alles wat lijdt, in de wetenschap dat er geen vreemd lijden bestaat en dat je zelf deel hebt aan al dat lijden.” Stufkens hanteert in het laatste hoofdstuk van zijn boek, dat hij in de 2009-editie heeft toegevoegd, ook het woord barmhartigheid. “Ik heb dat woord barmhartigheid in het voorgaande enigszins vermeden omdat het, zeker voor oudere generaties, te zeer gekoppeld zou kunnen zijn aan een moraal van zelfopoffering. Maar de laatste tien jaar is het woord toegegroeid naar een herwaardering, en steeds meer mensen, ook in de zogenaamde ‘harde sectoren’ van de samenleving, durven het weer in de mond te nemen.”

Als je een thema opnieuw wilt agenderen, moet je een keuze maken in de terminologie. Vanuit zijn bewustzijn van culturele verschillen, gevoelsverschillen en betekenisverschillen kiest Stufkens voor de combi mededogen en barmhartigheid. “Woorden die ik vroeger niet gemakkelijk in de mond nam”, aldus Stufkens, “het klonk te zwaar, te plechtig, te vroom. Intussen ben ik van het woord mededogen gaan houden.” De Beweging van Barmhartigheid koos er in de beginjaren juist voor om de termen compassie, mededogen en barmhartigheid alle drie en afwisselend te gaan gebruiken. Om recht te doen aan de verschillende gevoeligheden, om iedereen de kans te bieden om het gesprek in te gaan vanuit de eigen culturele en spirituele achtergrond en eveneens om het thema brééd te agenderen, in openheid voor verschillende maatschappelijke en spirituele tradities.

Mededogen als spiritueel kernbegrip

Stufkens boek heeft een heldere opzet en behandelt tal van relevante compassie-thema’s. Er zijn twee hoofdstukken die er voor mij uitspringen. In ‘wat is mededogen’? geeft Stufkens een uitstekende inleiding in de christelijke en boeddhistische tradities van compassie. Hij bespreekt beide, met kennis van zaken, en biedt enkele treffende verhalen en mooie citaten die laten zien hoe compassie tot het kerngoed van deze twee wereldgodsdiensten behoort. Waarbij hij ook een brug weet te slaan naar de wereld van nu. “Het inzicht dat mededogen blijkbaar een vrouwelijke kwaliteit is kan ons helpen om die kwaliteit in onszelf wat concreter handen en voeten te geven. Want zien met de ogen van God is misschien voor velen te hoog gegrepen, te abstract. En voor atheïsten is het misschien zelfs een onneembare hindernis. Maar als we dat zien met de ogen van God nu eens vertalen als: zien met de ogen van een moeder?”

Zeven oorzaken van onbarmhartigheid

In het slothoofdstuk ‘de barmhartige samenleving’ staat Stufkens stil bij de betekenis van barmhartigheid om een respectvolle en menselijke samenleving te creëren. De maatschappelijke toepassingen van barmhartigheid zijn legio, maar ze brengen ook veel vragen met zich mee. Vaak gaat het in discussies en trainingen – ook binnen de Beweging –over die toepassingen en vragen, over het hoe en waarom en de uitvoerbaarheid. “Een barmhartige samenleving lijkt een utopie”, aldus Stufkens. “Toch is de gedachte achter dit boek dat een barmhartige samenleving tot de mogelijkheden behoort, ja zelfs dat zo’n samenleving de enig menselijke is. Misschien is een barmhartige samenleving dichterbij dan ooit. Dat kan te optimistisch of zelfs te naïef klinken. Want de wereld van vandaag is nog altijd in veel opzichten een onbarmhartige.”

De woorden die Stufkens wijdt aan het tekortschieten en falen van hulpverlening, aan “onbarmhartige politiek die armoede en geweld in stand houdt” en de betekenis van persoonlijke actie waar het maatschappelijke tekort zo schrijnend is, hebben niets van hun actualiteit verloren. “Persoonlijke inzet kan doorslaggevend zijn”, zegt hij bij het optreden tegen “de zeven oorzaken van geweld en onbarmhartigheid in de wereld” (Mahatma Gandhi). Welke zeven wortels van onbarmhartigheid wees Gandhi ook alweer aan? Een verrassend rijtje: “rijkdom zonder te werken, genot zonder geweten, kennis zonder karakter, handel zonder moraal, wetenschap zonder menselijkheid, godsdienst zonder zelfgave, politiek zonder principes.”

Terugkerende vragen

Het boek van Stufkens stelt vragen die nog steeds herkenbaar zijn en geeft (elementen van) antwoorden in een mooie en toegankelijke taal. De lezer zal zelf soms tot andere antwoorden komen dan de auteur, maar die ruimte is er met dit boek. Wat betekenisvol is, is dat het boek een verslag biedt van een persoonlijke, eerlijke verkenning van die vragen. Bij elk hoofdstuk biedt Stufkens trouwens ook nog opdrachten en verwerkingsoefeningen aan, waar de ene lezer waarschijnlijk meer mee wil doen dan de andere. Het illustreert hoezeer de auteur heeft geïnvesteerd in het inventariseren van de vragen. De belangrijkste bijdrage van dit boek ligt in mijn ogen in de vragen die worden gesteld en in hun zorgvuldige verwoording. Ik parafraseer er nog een paar: hoe komt het toch dat mensen in onze eigentijdse samenleving zo moeilijk empathie kunnen opbrengen? Hoe kun je mensen helpen om inlevingsvermogen te ontwikkelen? Hoe omgaan met apathie ten overstaan van het lijden, met een verlammend besef van onvermogen? Welke houding aannemen ten opzichte van het verpletterend aanwezige lijden om ons heen? Hoe zit het met de vreugde die je kunt putten uit het doen van compassie? Waar komt die vreugde vandaan en hoe zuiver is ze? Wat zijn bronnen waar je hoop uit kunt blijven putten?

Stufkens gaat ook uitvoerig in op de vraag der vragen, de vraag over compassie die telkens opnieuw gesteld wordt: “Gaat het nu om bewustwording of om het lenigen van nood?” In zijn ogen gaat het om beide: “Het zou onjuist zijn om de innerlijke weg en de uiterlijke weg als tegengestelden te zien… Om op de juiste manier in de wereld te kunnen handelen, moet dat handelen voortkomen uit een laag in onszelf die het ego overstijgt. In het Oosten bedoelt men dat, als men zegt dat ‘doen’ moet voortkomen uit ‘zijn’.”

Empathie als stapsteen

Het boek van Stufkens is uitvoeriger in de bespreking van die innerlijke weg dan van de uiterlijke. De innerlijke weg is voor hem de aanvliegroute, het is in elk geval een weg die mensen óók moeten verkennen als ze zich op de uiterlijke wagen. Want het vraagt nogal wat van mensen om vanuit mededogen te leven en te werken. Stufkens: “voor barmhartigheid is een omkering van onze hele innerlijke houding nodig.” De auteur begint zijn boek dan ook met een uitvoerige verkenning van het begrip empathie, dat is voor mensen de “stapsteen”. Veel maatschappelijke problemen ontstaan doordat mensen onvoldoende inlevingsvermogen hebben of zich misschien wel helemaal voor het invoelen hebben afgesloten (dat geldt voor de westerse samenleving). En een van de oplossingen is als mensen iets beginnen te doen aan hun ongevoeligheid, als ze hun eigen apathie bestrijden, als ze een beetje meer ‘mindful’ durven te worden. Als ze een opkomend gevoel van mededogen serieus leren nemen en concreet oppakken.

Je kunt Mededogen als menselijke bestemming ook nu nog lezen als een hartstochtelijk pleidooi. Om niet cynisch aan de kant te blijven staan, maar met nieuw elan te geloven in de menselijke mogelijkheden tot empathie. Om niet te wachten met de wereld beter te maken, maar gewoon te beginnen.

Charles van Leeuwen

Hein Stufkens, Mededogen als menselijke bestemming.Herziene en uitgebreide uitgave. Ten Have, 2009. ISBN 978 90 259 5947 0